Groundhog Day in de Universiteitsraad: invoering partijenstelsel sneuvelt opnieuw – Erasmus Magazine

Source: Groundhog Day in de Universiteitsraad: invoering partijenstelsel sneuvelt opnieuw – Erasmus Magazine

Het lijkt wel Groundhog Day: vrijwel elk jaar is er een nieuw voorstel in de Universiteitsraad tot herziening van het verkiezingsstelsel naar een partijenstelsel, en elk jaar komt het er toch niet van. De Rotterdamse raad kampt bij de verkiezingen met de laagste opkomstcijfers van alle Nederlandse universiteiten. Tegelijkertijd is het ook de enige universiteitsraad in het land zonder partijen- of lijstenstelsel. Kandidaten doen op individuele basis mee aan de verkiezingen. De frustratie in de raad hierover stamt al uit tenminste 2013.  Afgelopen voorjaar wilde er een ‘partij’ meedoen aan de verkiezingen, maar daar werd een stokje voor gestoken door het Centraal Stembureau.

Partijen kunnen meer kandidaten en vooral meer kiezers lokken, meer continuïteit en verantwoording bieden en voorkomen dat er spookraadsleden zijn, zeggen de voorstanders. Maar voorstellen tot wijziging haalden tot nu toe nooit ongeschonden de eindstreep. De meest succesvolle poging daartoe in 2018 leidde wel tot een wijziging van een facultair stelsel (waarbij per faculteit één of meerdere zetels te winnen waren) naar een twee jaar durende pilot met een centraal kiesstelsel, maar het voorstel om ook partijen toe te staan werd toen op het laatste moment geschrapt.

Erg lastig

Daarmee lijkt de raad opgezadeld met een ‘worst of both worlds’-compromis: geen gegarandeerde vertegenwoordiging meer van elke faculteit, maar ook geen verbetering in de manier om je bij verkiezingen te profileren als kandidaat. Centrale verkiezingen zonder partijen leidden er – zeker in coronatijd – toe dat veel kandidaten het erg lastig vonden om zichzelf in de campagne te laten zien. Daarom riepen negen studentleden in september de rest van de raad in een brief op om in dit dossier naar de stem van de studenten in de raad te luisteren.

Daar is geen gehoor aan gegeven. Uit een rondvraag door EM blijkt dat tijdens de anonieme stemming van afgelopen dinsdag tien van de twaalf studenten voor het studentenpartijenstelsel gestemd hebben. Twee stemden tegen. Van de medewerkers stemden er waarschijnlijk zeven van de twaalf tegen, twee stemden voor. De overige leden stemden blanco. De uitslag: 12-9. Omdat een tweederde meerderheid benodigd is voor een stelselwijziging werd het voorstel verworpen.

Pikant

Dat er geen tweederde meerderheid gehaald is, komt door het aantal tegenstemmers onder de medewerkers. Dat is pikant, omdat het voorstel niet direct betrekking heeft op de medewerkers: het gaat alleen om de studentenverkiezingen. Albert Wagelmans, die als medewerker meewerkte aan de voorbereiding van het voorstel en vóór stemde, vindt het echter juist een goede zaak dat medewerkers ook hun stem laten gelden bij studentenonderwerpen: “We vragen iedereen om met een kritische blik naar alle voorstellen te kijken. En ik heb het idee dat iedereen ook bereid is om naar elkaar te luisteren. Maar dan kan het zo uitpakken dat een deel van de leden bij de weging van argumenten tot een andere conclusie komt.”

Wouter van Dam, voorzitter van de studenten in de raad en een van de twaalf vóórstemmers, noemt het ‘heel jammer’ dat het voorstel is weggestemd, ook omdat bij hem het idee leeft dat sommige tegenstemmers in de discussie voorafgaand aan de stemming niet duidelijk zijn geweest over hun standpunten.“ Daarbij moet ik wel zeggen dat er voor mijn gevoel te weinig tijd was voor een goed debat hierover.”

‘Sommige leden zeggen: we hebben niet genoeg tijd om het idee van een partij stelsel te bespreken. Dat is niet waar’

Raadsvoorzitter Hans van den Berg – zelf medewerker en als voorzitter neutraal in het debat – vraagt zich eveneens af waarom raadsleden met reserveringen niet ‘wat vaker hun hand opgestoken hebben’ als het voorstel besproken werd. “Sommige leden zeggen: we hebben niet genoeg tijd om het idee van een partij stelsel te bespreken. Dat is niet waar. De vorige raad en deze raad is hier al ruim een half jaar mee bezig, en verschillende voorstellen voor een partijenstelsel zijn al ongelooflijk vaak heen en weer gegaan.” Tegelijk geeft Van den Berg toe dat de tegenstanders zich ook niet altijd gehoord voelden.

Politisering

Onder sommige medewerkers en ook studenten leven namelijk principiële bezwaren tegen het partijenstelsel. Zo is er de vrees dat minderheden, zoals internationale studenten en studenten met een migratieachtergrond, geen voet aan de grond zullen krijgen in de (nog op te richten) partijen. “Met die vrees is niets gedaan in dit voorstel”, zegt studentlid Younes Assou. Andere leden vrezen een politisering van de raad, omdat partijen zich willen onderscheiden. Dat zou de relatie met het College van Bestuur bemoeilijken. Om sterk te staan, probeert de raad zich nu zoveel mogelijk als één blok te presenteren tegenover het CvB.

Ook worden er nog alternatieve stelsels gepitcht, zoals een systeem waarbij je een ranking van je favoriete kandidaten maakt, of een terugkeer naar het oude facultaire stelsel. De vraag is of een nieuw voorstel snel genoeg uitgewerkt kan worden om op tijd over te stemmen. Als er niet snel een besluit genomen wordt, kan de software niet meer op tijd worden omgebouwd  voor de verkiezingen in april en is er weer (minstens) een jaar vertraging.

Informeel overleg

De meeste raadsleden lijken echter ook niet gelukkig te zijn met het huidige stelsel, waarbij er wel centrale verkiezingen zijn maar geen partijen. Welke kant het dan wel op moet met de raadsverkiezingen, is ongewis. Komende week heeft voorzitter Van den Berg een informele vergadering gepland om te kijken of de raad het toch nog eens kan worden over een voorstel om de medezeggenschap te versterken, door bijvoorbeeld de huidige pilot met centrale verkiezingen te verlengen.

Lokalen G-gebouw en Tinbergen dicht wegens ventilatieproblemen – Erasmus Magazine

Source: Lokalen G-gebouw en Tinbergen dicht wegens ventilatieproblemen – Erasmus Magazine

Het RIVM hanteert als richtlijn dat gebouwen aan het Bouwbesluit 2012 moeten voldoen, een wet waarin onder andere bepaald wordt hoeveel frisse lucht per vierkante meter het ventilatiesysteem moet leveren. De universiteit liet daarom voor alle gebouwen onderzoeken of de ventilatie daar nog altijd aan voldoet.

Volgens Marijke Weustink, directeur Real Estate & Facilities, voldoen Tinbergen en het G-gebouw op zich aan alle regels, ‘als je de kleine lettertjes leest’. “Oude gebouwen hoeven volgens het Bouwbesluit 2012 namelijk slechts te voldoen aan de (lagere, red.) normen in het Bouwbesluit 2003. Maar daar wilden we ons niet achter verschuilen. Als je naar de ventilatienormen van 2012 kijkt, dan kun je geen onderwijs meer geven in het G-gebouw.” Het gebouw is zo oud dat investeren in betere ventilatie niet meer zinvol is. Weustink noemt dat overigens nu geen groot probleem, omdat de vraag naar onderwijsruimtes niet groter is dan het aanbod. “Alleen het feit dat we studieplekken in G moeten sluiten, is wel spijtig.”

Capaciteit omlaag

De situatie in het Tinbergengebouw ligt iets anders. “Ook daar is het geen kwestie van een paar knoppen indrukken om de ventilatie te fiksen”, zegt Weustink. Maar de investering die nu gedaan moet worden is geen kortetermijnoplossing, en ook voor Tinbergen geldt dat de vraag naar onderwijszalen niet al te groot is. “Wel horen we van de docenten dat de zalen daar heel geschikt zijn voor het streamen van colleges. Daarom hebben we een aantal zalen in Tinbergen daarvoor beschikbaar gesteld.”

Ook in het Erasmusgebouw, waar zich behalve de Aula voornamelijk kantoren bevinden, voldeden sommige ruimtes niet aan de norm van het Bouwbesluit. “Daar hoeven we gelukkig geen kamers te sluiten, wel gaat hier en daar de capaciteit omlaag van bijvoorbeeld acht naar zes medewerkers.”

Ventilatie voldoet in meeste gebouwen

Voldoen aan het Bouwbesluit betekent niet dat de gebouwen ‘corona-veilig’ zijn, zei Weustink in september al. Het RIVM zou werken aan een advies, maar dat is er nog niet en dus zijn de normen in het Bouwbesluit het enige houvast. “Een verschil met september is wel dat we nu in de praktijk weten dat de ventilatie in de meeste gebouwen voldoet, in plaats van alleen op papier.”

Het advies blijft overigens om na het gebruik van een lokaal de ramen en deuren te openen. “Het zal op sommige plekken wat kouder worden, dat kan ik niet ontkennen. Daar hebben mijn dochters op de middelbare school ook last van.” Er is ook gekeken in hoeverre de ventilatie en het klimaat in de gebouwen op orde blijft bij een lagere buitentemperatuur. In het Van der Gootgebouw bleef dat bijvoorbeeld overal bij een buitentemperatuur van zes graden onder nul (in  sommige ruimtes zelfs tien graden onder nul) op orde. Weustink heeft geen signalen ontvangen dat dat bij andere gebouwen wel een probleem zou zijn.

Studieplekken in de stad

Om te compenseren voor de sluiting van studieplekken in het G-gebouw en Tinbergen, is de universiteit in gesprek met de gemeente Rotterdam. “Er is in elk geval al één partij geïnteresseerd, daarover kunnen we binnenkort meer vertellen. Voor fysieke tentamens zijn we opnieuw in gesprek met Ahoy, maar daar hangt uiteraard wel een prijskaartje aan.”

Campusondernemers in zwaar weer ondanks huurkorting – Erasmus Magazine

Source: Campusondernemers in zwaar weer ondanks huurkorting – Erasmus Magazine

Volgens Marijke Weustink, directeur van Real Estate & Facilities, is de overeenkomst met ’90 tot 95 procent van de ondernemers helemaal beklonken’. “Corona is voor een deel ondernemersrisico, een deel is ook gedeelde smart. Daarom hebben wij een gebaar gemaakt door de ondernemers huurkorting te geven.”

De huur op de campus is die van een A-locatie terwijl de omzet ver achterblijft. Toch is Marc van Hooijdonk van Tostiworld, de tostizaak in de Food Plaza, ook realistisch.  “Zo’n huurovereenkomst teken je met je volle verstand en hoor je gewoon na te komen. Dat hoort bij ondernemen. Wij zijn tevreden met deze overeenkomst, maar ik denk dat de meeste ondernemers niet tevreden zijn. Ook omdat hun schade gewoon heel erg groot is, en de omzet heel erg laag. De meerderheid had gehoopt op meer, maar dat zat er gewoon niet in”, zegt Marc van Hooijdonk van Tostiworld.

Ondertussen heeft Fikret Egemen van kebabzaak HAS het bepaald niet makkelijk. Na vijf mooie jaren zit zijn zaak in zwaar weer. “Deze situatie moet niet maanden gaan duren”, zegt Egemen. Zijn zaak draait naar eigen zeggen zo’n 20 tot 25 procent van de normale omzet. “Daarmee dek je de huur niet eens. Als het richting de 40 procent zou gaan, was het allemaal een stuk makkelijker voor iedereen. Ik voorzie met mijn zaak drie gezinnen van een inkomen.”

Egemen heeft twee medewerkers, die ‘gelukkig een beetje tegemoetkoming krijgen van de overheid’. “Die verdienen nu meer dan ik”, zegt hij met cynisme. “Ik zit in de bijstand. Ik slaap hier echt slecht van.” Toch wil hij ook positief blijven. “Mijn medewerkers en ik zetten de schouders eronder om uit deze periode te komen. Dat is de enige manier. We moeten het allemaal samen doen.”

Niet dicht, maar ook nauwelijks klanten

Campus Bike is nog altijd open, maar ook daar is het erg rustig.


Beeld door:
Amber Leijen

Ook fietsenmaker Campus Bike (gevestigd aan de achterkant van het Polakgebouw) maakt lastige tijden door. Waar de horeca door de gedwongen sluiting nog aanspraak heeft gemaakt op allerlei regelingen, ligt dat voor de fietsenmaker een stuk ingewikkelder. “Wij hoefden niet dicht, maar tegelijk kwamen er geen klanten meer”, vertelt Bram Hakkenberg van Campus Bike. Het bedrijf betaalt 726 euro huur per maand en heeft van de universiteit voor de maanden april en mei vijftig procent korting gekregen. Maar de omzet is nog verre van hersteld: de zaak is op dit moment maar de helft van de tijd open, langer heeft geen zin. Toch blijft hij ook optimistisch: “Wij kunnen het nog wel even uitzingen, maar misschien dat we toch een tijdje dichtgaan.”

Korting en uitstel

De universiteit heeft volgens de ondernemers 50 procent korting geboden op de huur voor april en mei, toen de zaken verplicht gesloten werden. De bedrijven konden ook kiezen voor 10 procent huur in april en mei, en dan de rest van het jaar geen variabele huur meer. Die variabele huur is een percentage van de omzet van het bedrijf. Ook krijgen ondernemers twaalf maanden uitstel van betaling. Mochten ze toch de deuren willen sluiten, dan belooft de universiteit flexibel om te gaan met de opzegging van het huurcontract.

Weustink wil de details van de overeenkomsten met de ondernemers niet bespreken. “Dat is iets tussen de universiteit en de ondernemers.” Ze laat wel weten dat er een bepaalde huurkorting en uitstel van betaling is overeengekomen. “We snappen dat het voor iedereen een zware tijd is. met weinig mensen op de campus is het niet reëel dat je voldoende omzet draait. Dat is voor een deel ondernemersrisico, een deel is ook gedeelde smart. Daarom hebben wij een gebaar gemaakt door de ondernemers huurkorting te geven. Corona zal tot gevolg hebben dat de ene partij het wel redt en de ander niet. Daar kunnen we helaas niet meer maatregelen voor treffen dan we gedaan hebben.”

foodcourt leeg corona campus

Lees meer

‘Omzethuur zou goede crisisoplossing zijn voor (campus)ondernemers’

Finn Wynstra, hoogleraar Inkoop- en leveranciersmanagement, pleit ervoor om huurprijzen…

 

 

Hoe coronaveilig is de campus? Vijf vragen over de ventilatie in de gebouwen – Erasmus Magazine

Source: Hoe coronaveilig is de campus? Vijf vragen over de ventilatie in de gebouwen – Erasmus Magazine

Voldoen alle gebouwen aan de normen van het RIVM?

Ja. Het RIVM eist dat gebouwen voldoen aan de ventilatienormen zoals die zijn vastgelegd in het Bouwbesluit. “Wij volgen de RIVM-richtlijnen. Natuurlijk zien wij ook dat experts elkaar weleens tegenspreken, maar zelf hebben we die expertise niet in huis. Alle gebouwen op de campus voldoen aan het Bouwbesluit van 2012”, vertelt Weustink. Dat zegt voornamelijk dat het gebouw op het moment van bouwen of verbouwen voldoet aan de dan geldende normen voor ventilatie. Daarbij is het dus essentieel dat de gebruiksfunctie daarna niet veranderd is. Waar dat precies gebeurd is, weet Weustink nog niet precies. “De functie kan zeker veranderd zijn. Een faculteit of afdeling kan besluiten om een vergaderzaaltje te gaan gebruiken als werkplek. Dan gelden er al andere ventilatienormen”, legt ze uit. Mede daarom doet de universiteit aanvullend onderzoek.

Is een gebouw dat voldoet aan het Bouwbesluit ‘coronaveilig’?

Nee, dat is geen enkele garantie, erkent Weustink. “Dat stelt het RIVM ook niet. Maar zolang we op anderhalve meter blijven werken, regelmatig handen wassen en thuisblijven bij klachten, is het veilig om naar kantoor te komen.” Tot nu toe mocht 20 procent van het personeel naar kantoor komen. Vanaf nu werkt de universiteit met wat Weustink de dynamische capaciteit van een gebouw noemt, dat is de capaciteit die overblijft als je altijd op anderhalve meter afstand kunt blijven van collega’s, ook in de gangen, liften en trappenhuizen. “In sommige gevallen levert die nieuwe norm een behoorlijke capaciteitstoename op”, verwacht Weustink,  een algemeen percentage voor alle gebouwen is niet te noemen. Dat verschilt per gebouw, bijvoorbeeld door het aantal verdiepingen en het gebruik van liften. Een belangrijk advies is wel om ruimtes na gebruik te luchten, bijvoorbeeld door ramen en deuren open te zetten. “We hebben al lang geleden de recirculatie van binnenlucht uitgeschakeld, toen duidelijk werd dat dat mogelijk invloed had.” Ze wil wel benadrukken dat medewerkers nog steeds gevraagd wordt zoveel mogelijk vanuit huis te werken.

Ramen openzetten klinkt verstandig, maar wat doe je als de ramen niet open kunnen, zoals in het V-gebouw, het A-gebouw en op sommige andere plekken? Of als het ijskoud is buiten?

Weustink: “Ten eerste zijn er inderdaad plekken waar de ramen niet open kunnen. In het Sandersgebouw geldt dat bijvoorbeeld bij een deel van de werkplekken. Maar omdat de bezetting nog lang niet compleet is, kun je daarmee schuiven. Ga dus op een plek zitten waar de ramen wel open kunnen. Deuren naar gangen, nooduitgangen en trappenhuizen mogen niet voor langere tijd open staan vanwege de luchtbehandeling.” Het aanvullend onderzoek moet aantonen of het ventilatiesysteem van de gebouwen voldoende soelaas biedt. Dan hoeven de ramen niet meer open.

Hoe verloopt dat aanvullende onderzoek?

“We richten ons in eerste instantie op de gebouwen die de grootste doorstroom van studenten en medewerkers hebben: het Van der Gootgebouw, waar ook tentamens plaatsvinden, Mandeville, Polak,Sanders en het G-gebouw. Voor het Van der Gootgebouw is het aanvullend onderzoek klaar, maar we zijn nog zeker twee maanden bezig met de rest”, vertelt Weustink. Voor de meeste gebouwen kan op basis van bekende data berekend worden of de ventilatiesystemen voldoen. “We gaan dan bijvoorbeeld uit van een ruimte waar volgens de anderhalvemeternorm vijftig mensen in kunnen, en dan berekenen we hoeveel kubieke meter lucht per minuut daarvoor nodig is. Bij bijvoorbeeld het G-gebouw hebben we minder data, daar moeten we echt gaan meten”, zegt Weustink.

Wat kwam er uit het onderzoek in Van der Goot?

“In het Van der Gootgebouw kan de installatie voldoende lucht aanzuigen van buiten, als we uitgaan van een gebruikscapaciteit op basis van de anderhalvemeternorm. Daardoor hoeven de ramen niet open. Dan moet je vervolgens nog wel onderzoeken of dat met koude buitenlucht aangenaam blijft. Uit de berekeningen van het onderzoek blijkt dat dat met een buitentemperatuur tot zes graden onder nul overal lukt.” Volgens Weustink hoeft het ventilatiesysteem van dit gebouw nu niet aangepast te worden om er op beperkte schaal veilig te kunnen werken, studeren en tentamens te maken.

left right stop stay alert – welkom terug op de anderhalvemeteruniversiteit – ikrotterdam

Lees meer

Welkom terug op de anderhalvemeteruniversiteit

Het collectief ikRotterdam bestaat uit de tekenaars Evalien Lang, Ferry van Steijn en…

 

 

EUR neemt afstand van RSM-hoogleraar na uitspraken over ‘Covid-1 tot en met 18’ – Erasmus Magazine

Source: EUR neemt afstand van RSM-hoogleraar na uitspraken over ‘Covid-1 tot en met 18’ – Erasmus Magazine

Schippers, die een uitgesproken tegenstander van strenge coronamaatregelen is, vertelde in een recente uitzending van de politieke beweging dat ze ‘geen viroloog is’, maar dat Covid-19 voorgegaan is door ‘Covid-1 tot en met 18’ en er straks ook nog een Covid-20 zal komen, en dat de ziekten altijd een vergelijkbaar verloop hebben gekend, ‘ongeacht de genomen maatregelen’.

De 19 in Covid-19 is echter niet een nummering maar verwijst naar het jaartal 2019, het jaar waarin de ziekte werd ontdekt. Er zijn wel eerdere coronavirussen geweest, maar daarvan hebben de ziektes andere namen zoals SARS en MERS. Daarnaast hebben de eerdere coronavirussen niet dezelfde impact gehad als SARS-CoV-2, de veroorzaker van Covid-19.

‘Verkeerd geïnterpreteerd’

Op Twitter reageerde Schippers dat haar uitspraken ‘verkeerd zijn geïnterpreteerd’ en ze verwijst daarbij naar een video bij Café Weltschmerz van emeritus hoogleraar Immunologie Pierre Capel, waarin hij eerdere coronavirus-uitbraken bespreekt. In die video is echter geen bevestiging van haar uitspraken bij het FvD-journaal te vinden.

De RSM en de EUR reageerden woensdagmiddag allebei op de twitterophef. “De uitlatingen van prof. Schippers in de media over de Covid-19-maatregelen, doet zij op persoonlijke titel. De EUR en de RSM benadrukken dat haar visie niet het standpunt van de universiteit en de RSM verwoordt, en nemen expliciet afstand van haar uitspraken over dit onderwerp”, schrijft de universiteit op haar twitteraccount.

Volledige vrijheid

Wel benadrukt de universiteit in reactie op vragen van EM dat ‘iedereen binnen de EUR en binnen RSM volledige vrijheid van meningsuiting heeft. Die mening behoeft zeker niet het standpunt van de universiteit te zijn’.

Op de vraag of er ook interne maatregelen genomen zijn richting Schippers, laat een woordvoerder van de faculteit het volgende weten: “De vakgroep heeft een open discussie met Schippers gehad, standpunten gedeeld, kritiek geuit en mogelijke vragen besproken. Dit is zoals het in een vakgroep hoort te gaan, en geeft blijk van een gezonde wetenschappelijke instelling. Over mogelijke maatregelen doen we geen mededelingen, die behoren tot de personele sfeer.”

‘100 miljoen doden’

De gedragswetenschapper van de RSM sprak zich al eerder kritisch uit over het Nederlandse coronabeleid. In een interview met EM betoogde ze dat de economische problemen door de coronacrisis kunnen leiden tot 100 miljoen doden wereldwijd.

Tijdens een symposium op 11 september, georganiseerd door coronacritici Sven Hulleman en Elke de Klerk, riep Schippers op om coronamaatregelen van de overheid te negeren. “We moeten ons niet houden aan de maatregelen. Hoe kunnen ze een lockdown volhouden als 17 miljoen mensen zich er niet aan houden?”, zei ze daar vanaf het podium.

Schippers laat aan EM weten dat ze op dit moment niet wil reageren op vragen over haar optreden bij FvD of op de reactie van de universiteit. “We zijn in gesprek met de faculteit en het College van Bestuur hierover. Daar laat ik het voor nu bij.”

em-oorlog corona leger parade

Lees dit interview met Michaéla Schippers

‘Nederlands coronabeleid veroorzaakt meer leed dan het voorkomt’

De maatregelen tegen het coronavirus zijn misschien dodelijker dan het virus zelf. “De…